Daphne

L.Popp - O.Wenkel - R.Goldberg
P.Schreier - K.Moll - e.a.
Koor en orkest van de Beierse radio
B.Haitink
HMV 1C 165 (1435823)  2lp

Nooit is mijn mond zo van verba-zing opengevallen als toen een dame in volle ernst zich er over beklaagde dat er zo weinig opera’s op de Griekse mythologie geinspireerd waren. Ik had uren nodig haar er aan te herinneren dat de allereerste opera ooit geschreven al een “Daphne” was, dat practisch ALLE werken der zeventiende eeuw en over de helft van de achttiende eeuw Grieks waren. Dat Gluck haast geen andere onderwerpen had. Dat Cherubini een “Medea” schreef. Richard Strauss een “Elektra” en deze “Daphne”. Ze dacht natuurlijk alleen aan de romantiek, en alle andere epochen waren “Grieks” voor haar gebleven. Dat is Strauss ”Daphne” voor velen nog altijd. Een van zijn laatste werken, maar een van zijn minst bekende (alleen “Friedenstag” heeft zelfs nog altijd geen opname!). Het heeft voor de operaroutine dan ook één groot handicap: het werk duurt te kort om een avond te vullen (een kleine twee uur) en is te lang om met iets anders samengevoegd te worden. Nu zijn er werken die niet korter of langer zijn, zelfs van Strauss (“Ariadne auf Naxos”), apropos weer een mythologisch gegeven!, “Salomé”, “Elektra”. Maar die hebben veel aktie, terwijl “Daphne” erg statisch is, een vervolg op het tweede deel van (“Ariadne auf Naxos”). Daarom een van Strauss’ mooiste, puur muzikale werken, maar op het toneel moeilijk boeiend te maken, daarbij ook nog lastig met die metamorfose van Daphne in een boom! Een ideaal werk voor de plaat dus, en des te verwonderlijker dat er zo weinig van zijn. We hebben al fragmenten uit de première-bezetting, maar volledig was er alleen een DGG-opname onder Böhm, en een zwaar gecoupeerde “live” opvoering uit Buenos Aires onder Kleiber. Deze nieuwe is dus van harte welkom, te meer omdat we hier onze Bernard Haitink als operadirigent verwelkomen. Hij stelt zich in veelzijdigheid daarmee boven zijn grote voorgangers. Mengelberg heeft bij mijn weten slechts één keer een opera gedirigeerd (Fidelio) wat geen onverdeeld succes was. Ook van Beinum beperkte zich tot de concertzaal. Maar Haitink is nu zelfs tot muzikaal leider van Covent Garden benoemd en schaart zich dus onder die dirigenten (Toscanini, Weingartner, Bruno Walter), die op beide terreinen even actief zijn en waren. De opname van deze nieuwe HMV is verreweg de beste tot dusver. Ideaal van balans tussen de stemmen en het orkest, bij Strauss altijd een moeilijk probleem, dat echter oplosbaar blijkt te zijn. Böhm dirigeerde de première van het werk, had zich er dus langer ingeleefd, maar Haitink weet het een ononder-broken muzikale spanning te geven. De bezetting had op enkele punten beter kunnen zijn. Vrijwel ideaal is Popp, die haar voorgangsters verre overtreft, en precies de synthese tussen erotiek en onschuld weet te treffen. Kurt Moll is een waardige Peneios, haar vader. Peter Schreier’s Leukippos heeft niet het jeugdige klankkarakter van de onvergeten Wunderlich, maar overtuigd wel in zijn voordracht. Blijven dan de twee manco’s. Ten eerste de Gaea van Ortrun Wenkel. Dat is eindelijk weer eens een rol voor een echte alt, in het Erda-genre. We haden eens een zangeres die er precies de stem voor had: Ria Focke (waarvan nota bene geen enkele opname schijnt te bestaan). Lidua Kindermann in Buenos Aires had ook het juiste type. Maar Wenkel is een typische hedendaagse mezzo, mist het donkere, zatte timbre voor de rol, en helaas ook de diepte. Had men werkelijk geen enkele waardige alt meer kunnen vinden? Tenslotte is dit een betrekkelijk kleine rol. Ernstiger is Reiner Goldberg als Apollo. Deze tenor, die zo hoopvol begon blijkt zó intensief roofbouw op zijn stem gepleegd te hebben dat hij nu voortdurend geforceerd klinkt. Ook dit is een rol die momenteel moeilijk meer te bezetten is: een “jugendliche Heldentenor”. Vroeger zou je keus gehad hebben uit Roswaenge, Völker, Tosten Ralf (die hem creëerde) en een half dozijn anderen. Svanholm in Buenos Aires was ideaal. James King op HMV in ieder geval gaver. Hopelijk komt HMV nu ook met de verwaarloosde “Friedenstag” uit de bus, en (nog een Grieks gegeven!) “Die Liebe der Danae”!

Leo Riemens  1984

Bekijk Opera