Loge kwam per fiets.

Nadat ik woensdag j.l. in Brussel  getuige was van de generale repetitie van
twee opera's van Zemlinsky stond zaterdagavond in Keulen een uitvoering op
het programma van *Das Rheingold* van Richard Wagner.
Het is in dit verband de moeite waard om op te merken dat een bezoek vanuit
Maastricht aan Brussel en Keulen samen minder reistijd vergt dan het
bezoeken van Amsterdam.
Naast Berlijn, Hamburg en München wordt Keulen tot de Duitse opera-top
gerekend....

De "toevalligheden" in verband met Zemlinsky en Keulen zijn frappant te
noemen.
Dirigent Markus Stenz (zie Zemlinsky in Brussel) wordt met ingang van komend
seizoen chef-dirigent van het "Gürzenich-Orchester Kölner Philharmoniker"
[om er vervolgens vanaf 04/05 GMD (Generalmusekdirektor) te worden].
En met dit orkest werden de Zemlinsky opera's (label EMI) waar ik naar
verwees opgenomen.
En voor wie het nog niet mocht weten: het G-OKP is het "huisorkest" van de
Keulse Opera.

Met het aantal geschriften dat aan de *Tetralogie* oftewel *Der Ring des
Nibelungen* van Richard Wagner is besteed moeten hele bibliotheken zijn te
vullen.
Ruime aandacht is er geweest (en is er nog steeds) voor het feit dat Richard
Wagner ruim een kwart eeuw (om precies te zijn 26,5 jaar) nodig had om de
hele *Ring* tot stand te brengen.
Nu er dankzij de cd's steeds meer (historische) live-opnames ter beschikking
komen zou men haast vergeten dat de allereerste "officiële" *Ring*  eerst
uit 1959 stamt.
Behalve een historische geldt deze *Ring* o.l.v. Sir Georg Solti nog steeds
als een artistieke mijlpaal.

Over "hoe" we de *Ring*  voorbije decennia hebben voorgeschoteld gekregen
zijn minstens evenzoveel geschriften verschenen, waarbij steeds minder de
vraag werd/wordt gesteld of er sprake was van een authentieke uitvoeringspraktijk.
Voor- en tegenstanders van welke "praktijk" dan ook moeten/moesten met veel
geschreeuw van hun gelijk kond doen. De "schandalen" over Bayreuth (en dan heb ik het nog niet over de nazaten van Richard die voor een hoop kabaal zorgen) zijn zelfs tot in Nederland
doorgedrongen.
Voor zover er naar mijn mening al sprake is van een "ideale" productie is dat die van de Metropolitan (thans verkrijgbaar op DVD) waar Günther Schneider-Siemsen verantwoordelijk was voor decors en kostuums.

Wat bracht de "Wiederaufnahme" van Keulen?

De bodem van de Rijn heeft anno 2000+ niets meer dat aan romantiek doet
denken.....
De wegwerpmaatschappij maakt er dankbaar gebruik van om er zich van
overtollig afval te ontdoen, zoals er waren autobanden, oude bedden etc.
Daartussen kroelden de Rijndochters met Alberich.
Als het doek opgaat voor de tweede scene bevinden we ons nabij de bouwplaats
van het Walhalla, waar onder leiding van Fasolt en Fafner hard gewerkt
wordt: Het materiaal voor het Walhalla staat er opgestapeld en moet derhalve
naar elders.
En zo te zien met behulp van nog al wat potige kerels.
Hier dient nadrukkelijk te worden vermeld dat de statisterie in Keulen
hoofdzakelijk wordt betrokken uit gedetineerden van een  nabij gelegen
gevangenis  (en dit in het kader van een re-socialiseringsproces).
[Verleden jaar heeft er eentje geprobeerd de benen te nemen, werd snel
opgepakt, maar is niet meer in de opera geweest ;-)]
Als Wotan zich nadrukkelijk afvraagt waar Loge blijft en de kreet slaakt
"Endlich Loge" verschijnt deze in ijltempo op de fiets.
Dat een Canadese regisseur (Robert Carsen) niet op dit idee komt lijkt mij
evident....(en zo waren er wel meer ideeën die niet van de regisseur
kwamen, liet ik mij later vertellen).
Dat uitgerekend een "Nederlande" Loge (op een fiets van "vaderlandse"
makelij) deze rol voor zijn rekening nam bevestigde hoe belangrijk de
inbreng van een zanger kan zijn ;-)
Mijn directe omgeving kon er de lol niet van inzien dat ik een lach niet kon
onderdrukken...
De derde scene toonde ons het "nihilisme" van Alberich.
Een volstrekt lege onderaardse zaal, waar de Nibelungen zeer druk waren met
het absoluut niets doen.
De vierde en laatste scene bracht ons terug naar het beeld van de tweede,
met dat verschil dat het meeste materiaal was verdwenen.
(Het Walhalla nadert immers zijn voltooiing).
Deze zeer wel doordachte benadering van de situering van de "plaats van
handelen"stond in fel contrast met de typering van de personen voor wat
betreft hun kostuums....
De "sprookjesfiguren" waren als zondanig niet meer herkenbaar.
Reuzen en dwergen waren tot "normale" mensen getransformeerd.
Fasolt en Fafner in rood-bruine overall, Wotan in driedelig costuum...het
hele gezelschap in avondkledij bij hun intrede in het Walhalla....neen, mijn
smaak was het niet.

Met Alan Titus, Oskar Hillebrandt en Hubert Delamboye als resp. Wotan,
Alberich en Loge, stonden drie Wagner-protagonisten van de eerste orde op het
podium.
Woglinde, Wellgunde en Flosshilde van resp. Machiko Obata, Molly Fillmore en
Joslyn Rechter deden weinig voor hun mannelijke collega's onder.
Tot mijn spijt was de Erda van Katja Boost zeer onvoldoende.
Erda dient een alt te zijn met een dijk van een stem....
Met haar veel te lichte timbre alsmede veel te kleine stem zou Katja Boost
zelfs als Rijndochter te kort zijn geschoten.
Alleen al het vinden van veertien gelijkwaardige stemmen maakt het uitvoeren
van *Das Rheingold* tot een gewaagde onderneming.

De nog vrij jonge dirigent Jun Märkl liet een transparante, nergens dik
aangezette partituur tot leven komen:
Zo levendig, mooi van klankkleur en frisse tempi, maar vooral o zo
muzikaal....grote klasse!!
De Philharmoniker bewezen ook vanavond dat ze tot een van de toporkesten van
Duitsland mogen worden gerekend.

Met uitzondering van een onzekere Mime, deze avond het rol-debuut van
Johannes Preissinger, en de onvoldoende Erda van Katja Boost is deze Keulse
*Das Rheingold*  er eentje om in te lijsten.

Frits van Lijf 2003

Bekijk Opera